Sint Annaschool, herinneringen

Het St. Annagesticht
Jeanne Lam (*1937) 

Bron: Schoolherinneringen op Gooivechthistorisch.nl

Het was een heel groot gebouw, eigenlijk waren het drie gebouwen, op de Groest 97-99 meen ik. Er waren speelplaatsen vóór, omzoomd door een muurtje, met daarop hoge ijzeren hekken. Het hek werd afgesloten tijdens de schooltijd. In de voorgevel, die ik heel indrukwekkend vond, zat een beeld van St. Anna. Er stond een jaartal ANNO 1871 onder. Er waren twee afdelingen: de A- en de B-school. Er was onderscheid tussen arbeiderskinderen en de beter gesitueerden. Ik hoorde bij de eerste groep maar heb mij daar nooit zoveel van aangetrokken. Tussen die twee groepen kinderen werd nogal eens gepest en gescholden, vooral wat betreft kleding. De Zusters probeerden de twee groepen zoveel mogelijk uit elkaar te houden. Letterlijk alles gebeurde apart.

Dit verhaal speelt zich af tussen 1944 en 1950. Om op deze school te kunnen starten was een probleem. Mijn ouders waren namelijk verhuisd naar Over ’t Spoor en wij vielen daarom onder de OLV kerk; daar moest ik op school. Het St. Annagesticht ressorteerde onder de Vituskerk. Aangezien mijn ouders goede ervaringen hadden omdat een oudere zus ook op het St. Annagesticht gezeten had, gaven zij de voorkeur aan deze school van de zusters Franciscanessen. Met een leugen wist mijn moeder mij toch op deze meisjesschool te krijgen. Zij zei tegen het hoofd Zr. Mauritsia dat pastoor Bremer van de OLV kerk het goed vond. Dit was echter niet het geval! Later kwam dit toch uit, maar mocht ik blijven omdat mijn ouders dreigden mij dan naar een openbare school te doen. Voor dit argument zwichtten de pastoor en de Zusters!

Mijn eerste schooldag kan ik mij nog goed herinneren. De eerste klas zat helemaal achter in het gebouw. Wij hadden ook een aparte speelplaats en schattige kleine wc’tjes en een eigen in- en uitgang. Ik kwam in de eerste klas bij Juffrouw De Uyl. Het was een jonge, kleine, aardige juf. Eerst ging zij alle namen opnoemen en dan moest je een vinger opsteken. Ik kende mijn eigen doopnaam Adriana nog niet en reageerde niet toen zij mij afriep. Daarna kregen wij allemaal een wit vel papier en een potlood en mochten wij zelf iets tekenen. Ik tekende toen mijn moeder met veel krullen. Verder weet ik nog dat het moeilijk was om zo lang stil te zitten. Het was heet en ik moest plassen en het duurde eindeloos tot het speelkwartier was. Tijdens het speelkwartier keek ik direct naar de poort omdat mijn moeder wel eens langs zou kunnen komen met een verse boterham, dat had ze beloofd. En ze was er! Van die aardige Juf De Uyl herinner ik mij ook nog dat zij wel eens thuis op bezoek kwam. Dit vond ik heel apart en een hele eer. Wij mochten in de eerste klas van juf De Uyl onze poppen mee naar school nemen en die werden dan voor de klas op een bankje gezet. Dat vond ik geweldig leuk.

Dit eerste schooljaar, tevens laatste oorlogsjaar, ben ik maar heel weinig naar school geweest. Tot twee maal toe kreeg ik difterie en belandde in de Barakken. Vervolgens had ik geen kleren meer en kon de school niet meer verwarmd worden. Eén keer was er een dreiging van een bombardement. De sirenes loeiden en wij moesten allemaal onder de banken gaan liggen. Mijn schooltijd begon eigenlijk pas goed in 1945. Het was een tijd waarin alles nog heel karig was, maar toch ook heel opwindend, omdat er steeds nieuw dingen kwamen. Toen ik bijvoorbeeld voor het eerst een banaan zag, dacht ik dat die pas was uitgevonden of uit Amerika kwam.

Veel kinderen op het St. Annagesticht kwamen uit het zogenaamde Klein Rome, een wijk achter de Vituskerk, waar veel katholieken woonden. Een aantal kinderen, waaronder ik, kwamen van Over ’t Spoor en dan werd toch wel eens gedaan of je er niet bij hoorde. Als er een spel gespeeld werd, mochten wij vaak niet mee doen. Later toen ik het boek las van Martin Ros begreep ik dat de wijk achter de Vitus een aparte roomse volksbuurt was. Een wereldje op zich. Maar dat wist ik toen nog niet!

De zusters Franciscanessen namen hun onderwijstaak serieus. Vooral aan de godsdienstlessen werd veel aandacht besteed. De kinderen uit Klein Rome scoorden natuurlijk hoog in kerkbezoek en dergelijke. Dit werd dagelijks genoteerd op het schoolbord. Eenmaal in de week leverde dit een plaatje op van een Heilige, als je elke dag was geweest. De kinderen uit Klein Rome sleepten de meeste plaatjes weg. Onder de les mocht je niet naar de wc en dat vond ik vreselijk moeilijk. Tijdens het speelkwartier vergat ik om te gaan. De Zusters waren ook zorgzaam: als je geen zakdoek bij je had en je zat je neus op te halen, kreeg je er één van de Zusters. Die zakdoeken hadden zij zelf gemaakt van oude lakens.

Het was voor de Zusters een zwaar leven in deze hele strenge kloosterorde van de Franciscanessen. Zij woonden in een aparte afdeling en op de deur stond SLOT. De kinderen mochten daar absoluut niet komen. De Zusters hadden zomer en winter hele dikke, bruine, lange kleren aan en blote voeten in houten slippers. Op kerkelijke feestdagen moesten wij bloemen meebrengen en werd een groot beeld versierd op de gang. Wij moesten op en rond de trappen staan en dan geestelijke liederen zingen. Mijn moeder ging geregeld praten hoe het met mij ging op school. Zij nam mij dan mee. Dit gesprek vond plaats na schooltijd in een spreekkamer. Het hoofd Zr. Mauritsia zat dan achter een wand met een luikje met gaas ervoor. Als ik goed keek zag ik de Zuster zitten. Zij had dan een doorzichtige sluier voor haar gezicht, dat moest van de kloosterorde, als zij in contact kwam met de buitenwereld. Het gesprek maakte niet veel indruk op mij. Ik zat meer alles om mij heen op te nemen. In de spreekkamer hingen veel gekleurde schilderijen met daarop heiligen. De zusters Franciscanessen waren geheel van de wereld afgesloten. Ik herinner mij dat Zr. Mauritsia mij vaak vroeg waar iets was in Hilversum. De enige keer dat zij buiten de school kwam, was als wij naar de Josefkerk gingen om te biechten. Zr. Mauritsia had de zesde klas, zij was klein en gedrongen, een vrouw met gezag, die haar stem flink kon verheffen. Zij was ook warm en menselijk en had gevoel voor humor. Het communicatiesysteem in de school was heel apart. Er werd door aan de muur bevestigde buizen gesproken. Als er een toeter ging kwam er een bericht. Het gesprek verliep dan via de buis. Toen één van de zusters van de derde klas overleden was, werd zij in de spreekkamer gelegd en moesten wij ook allemaal bloemen meenemen. De zuster werd prachtig versierd met margrieten! Zij had er nog nooit zo mooi en feestelijk uitgezien. Ik had spijt dat ik niet liever voor haar was geweest!

Ongeveer één maal in de zes weken kwam Zr. Haan en Dr. Kip (althans zo werden zij genoemd) van de GGD controleren. Onder de kinderen brak dan een lichte paniek uit. Ze keken in je knieholten, achter je oren en of je schone nagels had. Ook werd gekeken of je hoofdluis had. Als het niet in orde was, stond je te schande en kreeg je een brief mee voor je ouders.

Wij hadden in de vierde klas Juf Van Gestel. Zij stond bekend als superstreng en had de bijnaam juffrouw Bartje. Waarom de kinderen haar zo noemden, weet ik niet. Ik vond het gemeen en vond haar een hele goede juf. Toen ik eens lang niet op school was geweest omdat ik naar een vakantiekolonie was, heeft zij mij bijgewerkt. Juf Van Gestel was toen heel geïnteresseerd in mij en kon de breuken heel goed uitleggen. Ik heb Juffrouw Van Gestel toen van dichtbij goed bekeken. Zij had een krakende stem en een bril op en ik meende dat zij een pruik op had. Zij was misschien 40 jaar, maar ik vond haar toen stokoud, deftig en erg mager. Juffrouw Van Gestel had ook een heel apart rokzadel op haar fiets. Waar je als kind al niet op let! De weg van school naar huis was altijd een hele belevenis. Een verhaal apart.


Jeanne Lam woonde destijds in de wijk Over ’t Spoor. Ze was tot 2002 maatschappelijk werkster bij Buro Jeugdzorg Maastricht. Ze plaatste de volgende oproep:
"Ik woon al jaren in Limburg. Ik ben nog steeds lid van Albertus Perk, maar zie of hoor nooit iets over deze school en dit stukje Groest of de Zusters. Zijn er nog mensen in Hilversum die meer weten over 
deze school St. Annagesticht, de Zusters Franciscanessen, of die oude klassenfoto’s hebben? Graag reacties of tips!"


Reactie plaatsen

Reacties

Lucia van der Klein
een jaar geleden

Wat een prachtig verhaal. Ik heb maar één jaar op deze school gezeten, in de zesde 1958/1959 bij zuster Théonée.